Examenpaper van Charlotte Sermeus
PRAKTIJK
De praktijk die centraal staat is een online yoga-praktijk van Adriene Mishler. Meer specifiek gaat het over haar “30 day yoga journey: Move”. Vanuit haar websites, nieuwsbrieven (oftewel love letters) en voornamelijk beschrijvingen van en observaties over wat Adriene doet als yogaleerkracht zal de praktijk geschetst en geanalyseerd worden. Adriene heeft verschillende praktijken zoals Find what feels good, 30 days yoga journey en haar Youtube-kanaal waar ze een waaier aan yogavideo’s ter beschikking stelt. Elk jaar in januari is er de praktijk van een 30-dagen durende yoga-journey . Dit jaar draagt het de titel “Move”. In deze praktijk biedt de yoga- “leerkracht” Adriene elke dag een online yogales aan. Tijdens de sessies, die volgens haar eigenlijk breder zijn dan het aantal minuten dat je op je yogamat staat, gaat het er volgens Adrienne om om tijd te nemen om echt “met de praktijk en de tools te zijn” (be with the practice and the tools). Ze vertrekt vanuit een liefde en aandacht voor de yogapraktijk zelf. Daarnaast ziet ze zichzelf niet als expert maar eerder als een metgezel op de tocht.
Er is niet één welbepaalde doelgroep, deze praktijk is voor iedereen (cf. bijlage 1). Enerzijds worden beginners uitgenodigd om nieuwe bewegingen te leren, om te ontdekken. Anderzijds worden meer ervaren deelnemers uitgedaagd om nuance te vinden in hun bestaande yoga-praktijk en om “dieper te gaan”, wat dat ook betekent voor hen. Het doel is om yoga als het ware in huis te brengen en een duurzame yogapraktijk te creëren. Adriene wil met haar online aanbod duidelijk maken dat yoga niet beoefend moet worden in een mooie zaal met specifieke muziek of een speciale uitrusting maar dat het iets is dat je kan beoefenen vanuit je huiskamer. Daarnaast hoopt ze met haar “30-dagen-ontdekkingstocht" mensen warm te maken voor de yogapraktijk maar hoopt ze vooral dat er een duurzame praktijk uit ontstaat.
Dit linkt aan een eerste centrale kwestie: duurzaamheid. Deze praktijk wil aan de hand van een 30 dagen durende tocht de deelnemers laagdrempelig (opnieuw) laten kennis maken met yoga. Hiermee wil Adriene een duurzame werking/praktijk creëren. Het basisidee is dat de praktijk zich niet beperkt tot de yogasessies an sich, maar dat het ook “buiten de mat'” zijn vruchten afwerpt. Ze wil iets creëren dat langdurig mee gaat en hopelijk het nieuwe normaal wordt. Een tweede centrale kwestie is die van superdiversiteit. Deze kwestie zit impliciet in deze praktijk verweeft door het feit dat het een laagdrempelig en inclusief initiatief is. Daarnaast kan deze kwestie ook bekeken worden vanuit een more-than-human benadering. In deze praktijk zijn naast mensen ook niet-menselijke actoren mee verweven. De praktijk wordt gevormd door een heterogene groep van actoren die samen de yogapraktijk constitueren. Zo spelen het apparaat waarmee je volgt, de yogamat, de ruimte,… allemaal een rol en vormen ze eigenlijk samen de yogapraktijk.
De praktijk die centraal staat is een online yoga-praktijk van Adriene Mishler. Meer specifiek gaat het over haar “30 day yoga journey: Move”. Vanuit haar websites, nieuwsbrieven (oftewel love letters) en voornamelijk beschrijvingen van en observaties over wat Adriene doet als yogaleerkracht zal de praktijk geschetst en geanalyseerd worden. Adriene heeft verschillende praktijken zoals Find what feels good, 30 days yoga journey en haar Youtube-kanaal waar ze een waaier aan yogavideo’s ter beschikking stelt. Elk jaar in januari is er de praktijk van een 30-dagen durende yoga-journey . Dit jaar draagt het de titel “Move”. In deze praktijk biedt de yoga- “leerkracht” Adriene elke dag een online yogales aan. Tijdens de sessies, die volgens haar eigenlijk breder zijn dan het aantal minuten dat je op je yogamat staat, gaat het er volgens Adrienne om om tijd te nemen om echt “met de praktijk en de tools te zijn” (be with the practice and the tools). Ze vertrekt vanuit een liefde en aandacht voor de yogapraktijk zelf. Daarnaast ziet ze zichzelf niet als expert maar eerder als een metgezel op de tocht.
Er is niet één welbepaalde doelgroep, deze praktijk is voor iedereen (cf. bijlage 1). Enerzijds worden beginners uitgenodigd om nieuwe bewegingen te leren, om te ontdekken. Anderzijds worden meer ervaren deelnemers uitgedaagd om nuance te vinden in hun bestaande yoga-praktijk en om “dieper te gaan”, wat dat ook betekent voor hen. Het doel is om yoga als het ware in huis te brengen en een duurzame yogapraktijk te creëren. Adriene wil met haar online aanbod duidelijk maken dat yoga niet beoefend moet worden in een mooie zaal met specifieke muziek of een speciale uitrusting maar dat het iets is dat je kan beoefenen vanuit je huiskamer. Daarnaast hoopt ze met haar “30-dagen-ontdekkingstocht" mensen warm te maken voor de yogapraktijk maar hoopt ze vooral dat er een duurzame praktijk uit ontstaat.
Dit linkt aan een eerste centrale kwestie: duurzaamheid. Deze praktijk wil aan de hand van een 30 dagen durende tocht de deelnemers laagdrempelig (opnieuw) laten kennis maken met yoga. Hiermee wil Adriene een duurzame werking/praktijk creëren. Het basisidee is dat de praktijk zich niet beperkt tot de yogasessies an sich, maar dat het ook “buiten de mat'” zijn vruchten afwerpt. Ze wil iets creëren dat langdurig mee gaat en hopelijk het nieuwe normaal wordt. Een tweede centrale kwestie is die van superdiversiteit. Deze kwestie zit impliciet in deze praktijk verweeft door het feit dat het een laagdrempelig en inclusief initiatief is. Daarnaast kan deze kwestie ook bekeken worden vanuit een more-than-human benadering. In deze praktijk zijn naast mensen ook niet-menselijke actoren mee verweven. De praktijk wordt gevormd door een heterogene groep van actoren die samen de yogapraktijk constitueren. Zo spelen het apparaat waarmee je volgt, de yogamat, de ruimte,… allemaal een rol en vormen ze eigenlijk samen de yogapraktijk.
PEDAGOGISCHE WERKZAAMHEID
EEN RELATIONELE BENADERING
Wanneer je naar de praktijk kijkt, kan je dit doen in termen van kennis opdoen, vaardigheden verwerven en problemen zoals stress of flexibiliteit oplossen. Aan de hand van yoga kan je flexibeler worden, kracht opbouwen en stress verminderen. Je ontwikkelt inderdaad nieuwe vaardigheden en leert nieuwe dingen die je kunnen helpen problemen op te lossen. Echter, dit is niet de benadering die ik wil hanteren om deze praktijk te analyseren. Het is namelijk interessant om te bestuderen wat er zich afspeelt in die interactie tussen mensen en dingen. Daarom hanteer ik een relationele benadering bij het analyseren van de praktijk. Wat een relationele benadering aankaart is specifiek hoe zeer verschillende praktijken zoals koken, herstellen, muziek maken,… mensen betrekken in een proces tussen hunzelf en de materialiteit van zaken (Vandenabeele & Decuypere, 2021). In dit proces is er geen “gevecht” of frictie tussen beide maar het is te zien als een steeds voortdurend proces van afstemming tussen de mens en de materialiteit van iets (Vandenabeele & Decuypere, 2021). Daarnaast wijzen Vandenabeele en Decuypere (2021) op het feit dat deze praktijken aandacht, zorg en nadenkendheid genereren voor een wereld die bewoond wordt door veel meer dan enkel mensen.
Het eerste element van de definitie, namelijk het proces van afstemming, kan gebruikt worden om te verwoorden wat er nu juist gebeurt in die yogapraktijk. Het feit dat de sessies online gegeven worden, zorgt voor een bepaalde specificiteit van de praktijk. In een fysieke ruimte heeft de docent namelijk de kans om tot bij jou te komen en je zo te helpen je vorm te “perfectioneren”. Daarnaast zijn fysieke yogaruimtes vaak ontworpen om zo min mogelijk afleiding te hebben en zo min mogelijk dingen “in de weg” te hebben.
Deze praktijk daarentegen speelt zich af bij je thuis, zonder een docent die fysiek in de ruimte is. Dit zorgt ervoor dat deze praktijk anders is dan een fysieke yogapraktijk. In een online yogales gaat er iets anders gebeuren dan in een fysieke yogales. De interactie tussen actoren, hier mens en technologisch apparaat, zorgt voor de specificiteit van de praktijk. Er gebeurt iets tussen het scherm van het apparaat en de mens enerzijds (1) en anderzijds (2) ook iets tussen de mens en de rest van de ruimte.
Aan de ene kant (1) zorgt die ruimte tussen het scherm en de persoon ervoor dat er ruimte is voor experiment (hier later meer over). Aan de andere kant (2) sta je als persoon hoogstwaarschijnlijk niet in een lege zaal maar in je slaapkamer, zolder, woonkamer, … Deze ruimtes bevatten allerlei actoren die je oefensessie kunnen beïnvloeden. Het is hier dan ook de bedoeling om deze voorwerpen niet te negeren maar te kijken hoe die jou en je praktijk beïnvloeden.
Het tweede element van de relationele benadering is dat dagdagelijkse praktijken zorg, aandacht en nadenkenheid genereren voor zaken buiten de mens. Dit element wekt, samen met een more-than-human publieke pedagogiek, de volgende vraag op: “Waar zijn we, wat en wie staat er hier op het spel, en hoe kunnen we samenleven?” (Vandenabeele & Decuypere, 2021). De praktijk heeft hier geen pasklaar antwoord op maar probeert voortdurend een antwoord te inspireren op datgene dat om aandacht, een antwoord vraagt. Het is bijvoorbeeld mogelijk om een dag minder energie te hebben, en ervoor te kiezen om een andere beweging te maken dan de instructeur. Of dat wanneer je op een andere locatie bent, je yogapraktijk er heel anders uitziet.. Met haar moto “see where it leads you” spoort Adriene je aan om je letterlijk te laten bewegen door de praktijk. Door deze focus te leggen op het proces en door aandacht te hebben voor het moment en het handelen zelf, wilt ze bewust geen doelen vooropstellen. Hierdoor ontstaan er mogelijkheden en er wordt een soort belichaamde responsiviteit ontwikkeld: er komt een lichamelijk antwoord op datgene dat om aandacht vraagt (Vandenabeele & Decuypere, 2021; cfr. “overgave en responsiviteit”)
AMBIGUÏTEIT MAG ER ZIJN
Tijdens het beoefenen van sport of muziek bestaat de kans dat men vertrekt vanuit een ideaalbeeld. Zo kan een deelnemer het idee hebben dat die de Utkatasana (chair pose) van Adriene exact moet nadoen of moet oefenen tot die dit ideaalbeeld bereikt. Dit is echter niet waar de praktijk van uit gaat of naar streeft. Zoals eerder vermeld, is het mogelijk dat er allerlei actoren je sessie beïnvloeden (cfr. Een relationele benadering) of dat je een slechte dag hebt. Dit kan ervoor zorgen dat je onzeker bent over hoe je nu je yoga-oefeningen moet doen of dat er verwarring ontstaat over het verdere verloop. Sennet (2011) zegt echter dat iemand zich niet moet verliezen in onzekerheid maar juist moet leren omgaan met ambiguïteit. Ambiguïteit creëert juist allerlei verschillende mogelijkheden om vorm te geven aan de praktijk. De zoektocht naar een alternatieve houding of beweging, het feit dat men eens valt of “faalt” zorgt juist voor helderheid (Sennet, 2011). Door te zoeken waar de voet wel kan geplaatst worden, krijgt iemand juist een vollere, diepgaandere fysieke ervaring van contact. Dit contact of deze betrokkenheid is er een met de wereld, met de actoren buiten de mens en met het maken van de praktijk zelf. Het fysieke aspect van yoga zorgt ervoor dat je aandachtig bent voor wat er hier en nu gebeurt. De onzekerheid, onregelmatigheid of ambiguïteit zorgt ervoor dat de praktijk tot stand komt. En niemand weet waar deze totstandkoming zal eindigen.
OVERGAVE, RESPONSIVITEIT EN AANDACHTIGHEID
Laten we tot slot even teruggrijpen naar de relationele benadering (cfr. “Een relationele benadering”). Deze benadering wijst enerzijds op de afstemming tussen mens en materialiteit en anderzijds op de aandacht-genererende kracht van praktijken (Vandenabeele & Decuypere, 2021). Om dit te verduidelijken, biedt Ingold een bepaald vocabularium aan. In de praktijk pleit Adriene voor overgave. Deze overgave uit zich soms letterlijk in fysieke handelingen zoals te zien is hierboven. Deze yogapose heet Savasana (corpse pose) en daagt je uit om je over te geven aan de grond, de omgeving en ontspanning. Daarnaast zit er ook een element van overgave in de hele praktijk, namelijk in het feit dat je de yogapraktijk moet (leren) ondergaan. Ingold (2017) beschrijft dit proces, deze handeling aan de hand van een wandeling. Een wandeling is vaak met een bepaald doel voor ogen. Echter, tijdens zo’n wandelingen kan er een rivier overgestroomd zijn, er kunnen verschillende soorten ondergrond zijn, je kan verdwalen,… Dit zijn allemaal dingen die iemand ondergaat. Beide, doen en ondergaan, hangen samen en zijn ook in samenhang te begrijpen. Ingold benoemt dit als het principe van gewoonte (principle of habit) (Ingold, 2017). In de gewoonte van het wandelen, of hier de praktijk van het beoefenen van yoga, is het niet de intentie die voorop staat maar aandachtigheid. In het ondergaan van de yogapraktijk pleit Adriene voor aandachtigheid voor wat er op dat moment op het spel staat. Wanneer men aandachtig is, dan stemt men zich af naar de omgeving en de praktijk zoals die zich voordoet. Men is aandachtig met de omgeving en al zijn actoren. Bij het aandachtig zijn is er sprake van voortdurende responsiviteit. Men wordt als het ware gestuurd door de omgeving, indien men tenminste een houding van ondergaan aanneemt.
Ondanks dat je bewust iets doet (de yogabewegingen), onderga je ook “iets”. En dat “iets” is volgens Adriene voor iedereen anders en het vereist een bepaalde responsiviteit. Het is iets dat je niet vooraf kan voorspellen maar iets uniek aan dat moment, die plaats en datgene wat er voorligt.
EEN RELATIONELE BENADERING
Wanneer je naar de praktijk kijkt, kan je dit doen in termen van kennis opdoen, vaardigheden verwerven en problemen zoals stress of flexibiliteit oplossen. Aan de hand van yoga kan je flexibeler worden, kracht opbouwen en stress verminderen. Je ontwikkelt inderdaad nieuwe vaardigheden en leert nieuwe dingen die je kunnen helpen problemen op te lossen. Echter, dit is niet de benadering die ik wil hanteren om deze praktijk te analyseren. Het is namelijk interessant om te bestuderen wat er zich afspeelt in die interactie tussen mensen en dingen. Daarom hanteer ik een relationele benadering bij het analyseren van de praktijk. Wat een relationele benadering aankaart is specifiek hoe zeer verschillende praktijken zoals koken, herstellen, muziek maken,… mensen betrekken in een proces tussen hunzelf en de materialiteit van zaken (Vandenabeele & Decuypere, 2021). In dit proces is er geen “gevecht” of frictie tussen beide maar het is te zien als een steeds voortdurend proces van afstemming tussen de mens en de materialiteit van iets (Vandenabeele & Decuypere, 2021). Daarnaast wijzen Vandenabeele en Decuypere (2021) op het feit dat deze praktijken aandacht, zorg en nadenkendheid genereren voor een wereld die bewoond wordt door veel meer dan enkel mensen.
Het eerste element van de definitie, namelijk het proces van afstemming, kan gebruikt worden om te verwoorden wat er nu juist gebeurt in die yogapraktijk. Het feit dat de sessies online gegeven worden, zorgt voor een bepaalde specificiteit van de praktijk. In een fysieke ruimte heeft de docent namelijk de kans om tot bij jou te komen en je zo te helpen je vorm te “perfectioneren”. Daarnaast zijn fysieke yogaruimtes vaak ontworpen om zo min mogelijk afleiding te hebben en zo min mogelijk dingen “in de weg” te hebben.
Deze praktijk daarentegen speelt zich af bij je thuis, zonder een docent die fysiek in de ruimte is. Dit zorgt ervoor dat deze praktijk anders is dan een fysieke yogapraktijk. In een online yogales gaat er iets anders gebeuren dan in een fysieke yogales. De interactie tussen actoren, hier mens en technologisch apparaat, zorgt voor de specificiteit van de praktijk. Er gebeurt iets tussen het scherm van het apparaat en de mens enerzijds (1) en anderzijds (2) ook iets tussen de mens en de rest van de ruimte.
Aan de ene kant (1) zorgt die ruimte tussen het scherm en de persoon ervoor dat er ruimte is voor experiment (hier later meer over). Aan de andere kant (2) sta je als persoon hoogstwaarschijnlijk niet in een lege zaal maar in je slaapkamer, zolder, woonkamer, … Deze ruimtes bevatten allerlei actoren die je oefensessie kunnen beïnvloeden. Het is hier dan ook de bedoeling om deze voorwerpen niet te negeren maar te kijken hoe die jou en je praktijk beïnvloeden.
Het tweede element van de relationele benadering is dat dagdagelijkse praktijken zorg, aandacht en nadenkenheid genereren voor zaken buiten de mens. Dit element wekt, samen met een more-than-human publieke pedagogiek, de volgende vraag op: “Waar zijn we, wat en wie staat er hier op het spel, en hoe kunnen we samenleven?” (Vandenabeele & Decuypere, 2021). De praktijk heeft hier geen pasklaar antwoord op maar probeert voortdurend een antwoord te inspireren op datgene dat om aandacht, een antwoord vraagt. Het is bijvoorbeeld mogelijk om een dag minder energie te hebben, en ervoor te kiezen om een andere beweging te maken dan de instructeur. Of dat wanneer je op een andere locatie bent, je yogapraktijk er heel anders uitziet.. Met haar moto “see where it leads you” spoort Adriene je aan om je letterlijk te laten bewegen door de praktijk. Door deze focus te leggen op het proces en door aandacht te hebben voor het moment en het handelen zelf, wilt ze bewust geen doelen vooropstellen. Hierdoor ontstaan er mogelijkheden en er wordt een soort belichaamde responsiviteit ontwikkeld: er komt een lichamelijk antwoord op datgene dat om aandacht vraagt (Vandenabeele & Decuypere, 2021; cfr. “overgave en responsiviteit”)
AMBIGUÏTEIT MAG ER ZIJN
Tijdens het beoefenen van sport of muziek bestaat de kans dat men vertrekt vanuit een ideaalbeeld. Zo kan een deelnemer het idee hebben dat die de Utkatasana (chair pose) van Adriene exact moet nadoen of moet oefenen tot die dit ideaalbeeld bereikt. Dit is echter niet waar de praktijk van uit gaat of naar streeft. Zoals eerder vermeld, is het mogelijk dat er allerlei actoren je sessie beïnvloeden (cfr. Een relationele benadering) of dat je een slechte dag hebt. Dit kan ervoor zorgen dat je onzeker bent over hoe je nu je yoga-oefeningen moet doen of dat er verwarring ontstaat over het verdere verloop. Sennet (2011) zegt echter dat iemand zich niet moet verliezen in onzekerheid maar juist moet leren omgaan met ambiguïteit. Ambiguïteit creëert juist allerlei verschillende mogelijkheden om vorm te geven aan de praktijk. De zoektocht naar een alternatieve houding of beweging, het feit dat men eens valt of “faalt” zorgt juist voor helderheid (Sennet, 2011). Door te zoeken waar de voet wel kan geplaatst worden, krijgt iemand juist een vollere, diepgaandere fysieke ervaring van contact. Dit contact of deze betrokkenheid is er een met de wereld, met de actoren buiten de mens en met het maken van de praktijk zelf. Het fysieke aspect van yoga zorgt ervoor dat je aandachtig bent voor wat er hier en nu gebeurt. De onzekerheid, onregelmatigheid of ambiguïteit zorgt ervoor dat de praktijk tot stand komt. En niemand weet waar deze totstandkoming zal eindigen.
OVERGAVE, RESPONSIVITEIT EN AANDACHTIGHEID
Laten we tot slot even teruggrijpen naar de relationele benadering (cfr. “Een relationele benadering”). Deze benadering wijst enerzijds op de afstemming tussen mens en materialiteit en anderzijds op de aandacht-genererende kracht van praktijken (Vandenabeele & Decuypere, 2021). Om dit te verduidelijken, biedt Ingold een bepaald vocabularium aan. In de praktijk pleit Adriene voor overgave. Deze overgave uit zich soms letterlijk in fysieke handelingen zoals te zien is hierboven. Deze yogapose heet Savasana (corpse pose) en daagt je uit om je over te geven aan de grond, de omgeving en ontspanning. Daarnaast zit er ook een element van overgave in de hele praktijk, namelijk in het feit dat je de yogapraktijk moet (leren) ondergaan. Ingold (2017) beschrijft dit proces, deze handeling aan de hand van een wandeling. Een wandeling is vaak met een bepaald doel voor ogen. Echter, tijdens zo’n wandelingen kan er een rivier overgestroomd zijn, er kunnen verschillende soorten ondergrond zijn, je kan verdwalen,… Dit zijn allemaal dingen die iemand ondergaat. Beide, doen en ondergaan, hangen samen en zijn ook in samenhang te begrijpen. Ingold benoemt dit als het principe van gewoonte (principle of habit) (Ingold, 2017). In de gewoonte van het wandelen, of hier de praktijk van het beoefenen van yoga, is het niet de intentie die voorop staat maar aandachtigheid. In het ondergaan van de yogapraktijk pleit Adriene voor aandachtigheid voor wat er op dat moment op het spel staat. Wanneer men aandachtig is, dan stemt men zich af naar de omgeving en de praktijk zoals die zich voordoet. Men is aandachtig met de omgeving en al zijn actoren. Bij het aandachtig zijn is er sprake van voortdurende responsiviteit. Men wordt als het ware gestuurd door de omgeving, indien men tenminste een houding van ondergaan aanneemt.
Ondanks dat je bewust iets doet (de yogabewegingen), onderga je ook “iets”. En dat “iets” is volgens Adriene voor iedereen anders en het vereist een bepaalde responsiviteit. Het is iets dat je niet vooraf kan voorspellen maar iets uniek aan dat moment, die plaats en datgene wat er voorligt.
BESLUIT
De titel van dit essay is een citaat van Adriene Mishler. De ontdekkingstocht dat yoga is, staat dit jaar in het teken van Move. Move heeft verschillende betekenissen: bewegen, ontroeren, in beweging brengen, verschuiven,… Via dit citaat en het essay wil ik benadrukken hoe belangrijk het is om aandacht te hebben voor de diversiteit van de more-than-human wereld die wij mensen bewonen. Samenleven gebeurt niet met enkel mensen maar met allerlei actoren. In het maken van een toekomst moet er samengewerkt worden met al deze actoren en moet er geluisterd worden naar datgene dat onze aandacht vraagt. Deze concrete yogapraktijk maakt duidelijk dat niet enkel de mens centraal staat en dat samenleven en een wereld maken niet een kwestie is van enkele sporadische activiteiten, maar vraagt van ons dat we duurzaam aandachtig zijn voor datgene dat zich aandient. Als men de vraagt stelt wat we met onze huidige wereld moeten aanvangen, dan kan deze praktijk een exemplarisch antwoord zijn. Als we onszelf toestaan om bewogen te worden, dan kunnen we leren om betrokken te geraken op zichzelf, elkaar en de wereld. We moeten ons dus niet immuniseren voor de wereld door onze intentie voorop te plaatsen of ambiguïteit te mijden maar we moeten leren om te bewegen als antwoord op de wereld en vooral om bewogen te worden. Want enkel als we ons durven laten raken, kunnen we betrokken geraken op deze wereld.
De titel van dit essay is een citaat van Adriene Mishler. De ontdekkingstocht dat yoga is, staat dit jaar in het teken van Move. Move heeft verschillende betekenissen: bewegen, ontroeren, in beweging brengen, verschuiven,… Via dit citaat en het essay wil ik benadrukken hoe belangrijk het is om aandacht te hebben voor de diversiteit van de more-than-human wereld die wij mensen bewonen. Samenleven gebeurt niet met enkel mensen maar met allerlei actoren. In het maken van een toekomst moet er samengewerkt worden met al deze actoren en moet er geluisterd worden naar datgene dat onze aandacht vraagt. Deze concrete yogapraktijk maakt duidelijk dat niet enkel de mens centraal staat en dat samenleven en een wereld maken niet een kwestie is van enkele sporadische activiteiten, maar vraagt van ons dat we duurzaam aandachtig zijn voor datgene dat zich aandient. Als men de vraagt stelt wat we met onze huidige wereld moeten aanvangen, dan kan deze praktijk een exemplarisch antwoord zijn. Als we onszelf toestaan om bewogen te worden, dan kunnen we leren om betrokken te geraken op zichzelf, elkaar en de wereld. We moeten ons dus niet immuniseren voor de wereld door onze intentie voorop te plaatsen of ambiguïteit te mijden maar we moeten leren om te bewegen als antwoord op de wereld en vooral om bewogen te worden. Want enkel als we ons durven laten raken, kunnen we betrokken geraken op deze wereld.
REFERENTIES
- Find what feels good inc. (2022).Adriene. Find What Feels Good. https://fwfg.com/authors/adriene
- Ingold, T. (2017). For attention. In: T. Ingold. Anthropology and/as Education. Taylor and Francis, XIII-XI en 20-35.
- Move - A 30 Day Yoga Journey. (2022). Move: A 30 Day Yoga Journey. Geraadpleegd op https://do.yogawithadriene.com/move
- Sennett, R. (2011). Out of touch. Premsela Lecture: Amsterdam, The Netherlands, 2-13
- Vandenabeele, J. en Decuypere, M. (2021). Repair tables, broken vacuum cleaners and posters: weaving new worlds together in response to breakdowns. European Educational Research Journal (in press)
- Yoga With Adriene. (z.d.). YouTube. Geraadpleegd op 25 januari 2022, van https://www.youtube.com/c/yogawithadriene